Onderzoekers van het ILVO (Instituut voor Landbouw-, visserij- en voedingsonderzoek) hebben voor het eerst grijze garnalen gekweekt op een manier die economisch interessant is. Een moeilijke klus, omdat de diertjes gedijen in zeer specifieke omstandigheden van stevige stroming, zachte temperaturen en een dieet met groenten. Maar het onderzoek biedt commerciële perspectieven, want de grijze garnaal is een lekkernij.
Op twee knelpunten die de aquacultuur van garnaal tot nu toe belemmeren is er via doctoraatsonderzoek vooruitgang geboekt. Voor het eerst zijn onderzoekers erin geslaagd om larven van grijze garnalen op te kweken tot jonge garnalen. Ook de belangrijkste virussen zijn onder controle. "Grote, levende grijze garnalen bieden heel wat culinaire perspectieven", zegt onderzoekster Benigna Van Eynde van de Universiteit Gent en het ILVO. "Maar ze zijn schaars en het kost veel tijd en moeite om ze in het wild te vangen en aan land te brengen."
Ze opkweken is dan weer erg uitdagend gebleken, al biedt aquacultuur van grijze garnaal, zeker van grote kalibers (meer dan 7 cm) commerciële perspectieven. "De optimale behuizing, stroming, temperatuur en voeding voor zowel de zwemmende larven als de zich in het zand ingravende juveniele garnalen zijn op punt gesteld", zegt Van Eynde.
Zo steeg de overlevingskans in de cruciale vierde levensweek tot bijna 80 procent. "De larven blijven meest in leven als je ze in een gesloten systeem plaatst, zonder constante verversing van water en met een stevige stroming", klinkt het. Kannibalisme wordt onder controle gehouden met behulp van zand. "De jonge garnalen kunnen zich dan ingraven en zijn minder kwetsbaar."
Ook virussen stellen een probleem voor de jonge garnalen. Tachtig procent van de onderzochte Noordzeegarnalen blijkt geïnfecteerd met CcBV (Crangon crangon bacilliform virus). "Schaaldieren hebben wel een aangeboren, maar geen adaptief immuunsysteem", klinkt het. "Bij het onderzoek hebben we een beroep gedaan op RNA interferentie, een soort vaccin dat verdere replicatie van het virus blokkeert." Er werd een klein effect waargenomen: het aantal virale deeltjes daalde met bijna factor 2 na 15 dagen.
Dat is veelbelovend, maar verder onderzoek naar deze behandelingsmethode is nodig, omdat het CcBV niet het enige virus is dat de succesvolle kweek mogelijk maakt. "Bij het onderzoek hebben we zestien nieuwe garnaalvirussen beschreven. Ook die moeten gescreend worden op hun mogelijke impact in kweekomstandigheden."
Er is de laatste jaren een stijgende vraag naar grote, levende grijze garnalen om ofwel dagvers of rauw te verwerken in culinaire producten als sashimi of om te stomen, grillen, marineren en bakken. "Voor dergelijke nichetoepassingen is er sprake van een meerprijs van ongeveer dertig procent", zegt ILVO.